In de nacht van zaterdag 29 op zondag 30 maart gaat de zomertijd weer in. Om twee uur 's nachts springen de klokken een uur vooruit naar drie uur. Dit betekent dat je een uur minder kunt slapen, tenzij je op tijd naar bed gaat...
Na de Eerste Wereldoorlog verspreidde de zomertijd zich over verschillende landen, maar met wisselend succes en onderbrekingen. In Nederland werd het systeem af en toe aangepast of tijdelijk afgeschaft, met name tijdens de Tweede Wereldoorlog en de jaren daarna.
In 1977 werd de zomertijd opnieuw ingevoerd, vooral als reactie op de oliecrisis van de jaren 1970. Het doel was om energie te besparen door efficiënter gebruik te maken van het daglicht. Sindsdien wordt de klok twee keer per jaar verzet: in maart naar de zomertijd (een uur vooruit) en in oktober terug naar de wintertijd (een uur achteruit).