De groeiende interesse in vintage Ikea-meubelen biedt een fascinerend inkijkje in economische en sociale verschuivingen. Wat ooit alledaags en betaalbaar design was, heeft zich ontwikkeld tot een geliefd verzamelobject dat online hoge prijzen opbrengt. Deze trend is onderdeel van een bredere beweging waarin tweedehands en duurzame consumptie steeds populairder worden. Dat beschrijft Jessica Kuitenbrouwer in haar column voor Trouw. Ze schrijft over het leven van millennials en gen Z.
Ze legt uit dat de resale-markt in de Verenigde Staten zeven keer sneller groeit dan de reguliere detailhandel, aldus The New York Times. Ook grote merken zoals H&M en Banana Republic hebben tweedehandsinitiatieven opgezet, en high-end designers zoals Isabel Marant kopen oude stukken terug van klanten. Deze verschuiving weerspiegelt een herwaardering van bestaande producten, wat niet alleen duurzaam is, maar ook aansluit bij veranderende opvattingen over smaak en status.
Tegelijkertijd is er onder jongere generaties een groeiende behoefte om zich te onderscheiden zonder groot economisch kapitaal. Door stijgende huizenprijzen, inflatie en andere financiële uitdagingen, zoeken millennials en Gen Z manieren om status te verwerven via niet-monetaire middelen, zoals kennis van design en het vermogen om waardevolle items in tweedehandswinkels te vinden.
Deze paradox – waarin goede smaak zowel gewild als minder exclusief wordt – leidt tot onverwachte economische verschijnselen. Zo is de vraag naar vintage Ikea, ooit aantrekkelijk vanwege de lage prijs en functionele esthetiek, nu een voorbeeld van de klassieke wet van vraag en aanbod. Wat vroeger als alledaags werd gezien, wordt nu een symbool van onderscheid en individualiteit.
Lees hier de column op Trouw.