De verschillen in betaalkosten aan de toonbank voor ondernemers, tussen contant betalen en pinnen, zijn tussen 2017 en 2023 fors toegenomen. In 2017 betaalde een doorsnee ondernemer €0,29 per contante betalingen en €0,17 per pinbetaling. In 2023 waren de kosten voor een contante betaling ruim verdubbeld tot €0,61 terwijl die voor een pinbetaling gelijk zijn gebleven met €0,17. Een contante betaling kost een doorsnee ondernemer inmiddels ruim drie keer zoveel als een pinbetaling. Dit blijkt uit periodiek onderzoek door Panteiaundefined, in opdracht van Betaalvereniging Nederland en Nederlandse toonbankinstellingen (detailhandel, horeca, tankstations en ambulante handel).
De verschillen in kosten voor cash betalingen tussen branches van toonbankinstellingen zijn in diezelfde periode ook verder opgelopen. Een horeca-ondernemer betaalde in 2017 ruwweg twee keer zoveel voor een contante betaling (€0,47) als een detailhandelaar (€0,24). In 2023 is dat verschil opgelopen tot bijna drie keer zoveel (€1,36 in de horeca en €0,50 in de detailhandel). Dat is mede het gevolg van een betrekkelijk efficiënte afhandeling van contant geld in de detailhandel.
De toename van vlot contactloos betalen, meestal zonder pincode, ten koste van het langzamere insteken mét pincode, houdt de kosten van een doorsnee pinbetaling al jaren op een constant laag niveau. Daardoor blijft pinnen aan de kassa maatschappelijk de meest efficiënte vorm van betalen.
Betaalkosten bestaan vooral uit loonkosten
De totale kosten van een doorsnee betaling aan de toonbank bestaan voor meer dan de helft uit interne kosten (60%, €0,17), waaronder met name loonkosten van medewerkers. Het werk dat betalingen met zich meebrengen, omvat onder andere het afrekenen aan de kassa, het dagelijks opmaken van de geldkassa en het zelf vervoeren en afstorten van contant geld. Vooral bij toonbankinstellingen in het MKB wegen de interne kosten zwaar mee. Bij cash betalen belopen deze interne kosten 79% van de totale kosten (€0,48 per betaling). Bij een contactloze pinbetaling is dat slechts 55% (€0,09 per betaling).
De kosten van externe dienstverlening voor toonbankondernemers (door banken, betaalinstellingen, telecombedrijven en geldvervoerders), belopen gemiddeld €0,13 bij een cash betaling en €0,08 bij een contactloze pinbetaling.
Kosten van gemiddelde toonbankbetaling
Het aantal relatief goedkope pinbetalingen aan de kassa is tussen 2017 en 2023 fors gestegen (+47%), ten koste van dure contante betalingen (-52%). Daardoor stegen de gemiddelde betaalkosten voor ondernemers met slechts 22%, van €0,23 tot €0,28 per toonbankbetaling. Het gemiddelde bedrag per betaling steeg met 32%, van €19,85 naar €26,22. De inflatie bedroeg in diezelfde periode ruim 26%, wat ondernemers terugzien in bijvoorbeeld hogere loonkosten en inkoopprijzen.
Contant betalen kan efficiënter
Sinds 2017 is het jaarlijkse aantal contante betalingen in de vier onderzochte winkelbranches meer dan gehalveerd. De totale betaalkosten voor cash zijn in die periode licht toegenomen. Met name de totale interne kosten (ruwweg €560 miljoen per jaar) voor de werkzaamheden rond contant geld zijn niet gedaald (voor het opmaken van de geldkassa's en het zelf vervoeren en afstorten van de contante omzet). Ondanks het dalende gebruik van contant geld, schalen ondernemers de bijbehorende werkzaamheden niet in dezelfde mate af.
Daarin schuilt ruimte voor meer efficiency, bijvoorbeeld door de inzet van slimme cash-automaten aan de toonbank, in combinatie met professioneel geldtransport (inclusief het afstorten van de contante omzet en het opnemen van wisselgeld). Grote winkels in de detailhandel en tankstations met veel omzet maken daar meer gebruik van dan kleine horecazaken en markthandelaren met een betrekkelijk kleine omzet. Mede daardoor hebben de eerstgenoemde branches sinds 2017 aanzienlijk lagere relatieve betaalkosten voor contante betalingen gerealiseerd (2% van de contante omzet) dan de andere twee branches (6% van de contante omzet).
Bron: Betaalvereniging Nederland