In een richtinggevende zaak is Leen Bakker veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan een franchisenemer na de beƫindiging van hun langdurige franchiseovereenkomst. De samenwerking tussen de twee partijen begon in 1996 en werd regelmatig stilzwijgend verlengd. Leen Bakker besloot in 2020 de overeenkomst op te zeggen, maar de franchisenemer betwistte deze opzegging en eiste schadevergoeding.
Foto: Dreamstime.
Het hof oordeelde dat Leen Bakker weliswaar gerechtigd was om de overeenkomst te beƫindigen op basis van zwaarwegende bedrijfseconomische redenen, maar dat het onaanvaardbaar was om dit zonder enige vorm van schadevergoeding te doen, gezien de lange samenwerking en de afhankelijke positie van de franchisenemer. De schadevergoeding wordt in een aparte procedure vastgesteld.
"Deze zaak onderstreept het belang van redelijkheid en billijkheid bij het opzeggen van franchiseovereenkomsten. Franchisegevers kunnen verplicht zijn een schadevergoeding te bieden, zelfs als dit niet expliciet in de overeenkomst is opgenomen, om juridische conflicten te vermijden", concludeert de procureur-generaal.
Bron: De Nationale Franchise Gids