Dirk van Deursen ontwierp vroeger zelf stoelen, nu houdt hij zich als adviseur innovatie bij CBM bezig met duurzaamheid binnen de interieur- en meubelbranche. Wat betekenen de ontwikkelingen in onze branche voor jouw werk?
Dirk van Deursen, adviseur innovatie bij CBM.
Als adviseur innovatie bij CBM houd je je onder meer bezig met verduurzaming. Wat speelt er zoal in de sector?
Dirk: “Op dit moment spelen er 2 grote thema’s: de energietransitie en de circulaire economie. Ik ontwikkel diensten waarmee we onze leden helpen bij het verduurzamen van hun onderneming en processen. Denk aan instrumenten om energie te besparen of nieuwe vormen van energie zoals het opwekken met zonnepanelen. Ook houd ik me bezig met concrete diensten op het gebied van de circulaire economie. We hebben al een aantal initiatieven uitgerold.”
Welke zijn dat?
“Een paar jaar geleden zijn we gestart met het meten van gezonde lucht. Meer dan 200 bedrijven doen hieraan mee. Dat dient 2 doelen. In de eerste plaats creëer je een gezond binnenklimaat en bovendien gaat het over slim omgaan met energie.
Een ander groot thema is ecodesign. Dat gaat over het duurzaam ontwerpen van producten en slimmer omgaan met grondstoffen. Ondernemers in onze sector krijgen daar allemaal mee te maken omdat er vanaf 2030 nieuwe wetgeving geldt die stelt dat we 50% minder primaire abiotische grondstoffen mogen gebruiken. Dat zijn mineralen, metalen en fossiele grondstoffen. Ook wordt er gesproken over een UPV op meubelen. Dat is een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid die inhoudt dat je ook verantwoordelijk bent voor je product als het uiteindelijk op de afvalberg komt.
Dat betekent dat je in de nabije toekomst op een andere manier meubels moet maken. Het ontwerp bepaalt al 80% van de impact op het milieu. Er komt een verplicht productpaspoort waarin je aangeeft waar een product van is gemaakt, hoe het kan worden onderhouden en hoe je het kan recyclen aan het eind.
Deze wetgeving moet worden vertaald naar de processen en de medewerkers. Wij helpen ondernemers zich daarop voor te bereiden. Bijvoorbeeld door inzichtelijk te maken waar ze nu staan. Daarvoor ontwikkelen we een zogenaamde self assessment of CE-scan. Uiteindelijk moeten we naar een label toe waarmee de consument een product kan beoordelen ten opzichte van andere. Net zoals dat nu ook kan met het energielabel. Daarvoor moeten binnen de sector regels worden opgesteld.
Ook op het gebied van onderwijs ligt er een rol voor CBM. Duurzaamheid en circulariteit komt onvoldoende terug in het curriculum van het mbo, terwijl de medewerkers van de toekomst daar natuurlijk allemaal mee te maken krijgen. Onder invloed van de veranderende wetgeving zullen er andere opleidingen en andere expertises komen.”
CBM is initiator van Wood Loop. Wat is dat precies?
“Dat is een schoolvoorbeeld van circulariteit. Binnen Wood Loop wordt het houtafval van kleine bedrijven opnieuw in de ‘loop’ gebracht. Kratten met houtresten worden teruggehaald op het moment dat nieuwe grondstoffen worden geleverd. De producent verwerkt de houtresten weer tot nieuw plaatmateriaal. Nu worden deze afvalstoffen jammer genoeg bijna allemaal verbrand. Wood Loop is een collectief systeem, waarbij de deelnemers op eigen niveau inzicht krijgen in hun bijdrage in de circulariteit. In de zomer gaan we het systeem verder opschalen in de sector.”
Leven deze thema’s bij ondernemers in de interieurbouw en meubelindustrie?
“Iedereen is zich ervan bewust dat duurzaamheid een belangrijk thema is. De jeugd heeft er veel interesse voor. Dat maakt duurzame bedrijfsvoering ook een manier om personeel aan te trekken. Een klein aantal koplopers is actief op dit gebied, de grote massa moet echt nog volgen. Het zijn complexe onderwerpen. Ondernemers willen vaak wel, maar weten niet altijd hoe ze het moeten aanpakken.
We zijn nu bijvoorbeeld ook bezig met het stimuleren van de verlenging van de levensduur van meubelen. Iedereen snapt wel dat het niet oké is om wegwerpproducten te maken, maar hoe zorg je er dan voor dat meubels langer meegaan? Dat kan bijvoorbeeld door te refurbishen. We verwachten dat straks 35% van de retailomzet bestaat uit refurbished producten. Daarvoor heb je ook vakmensen met andere vaardigheden nodig. De branche gaat fundamenteel veranderen omdat de markt dat eist.”
Bron: Schaven aan jouw Toekomst