Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

'Sterk toegenomen rijkdom schaaft scherpe kantjes van recessie af'

Sinds corona werden Nederlandse huishoudens flink rijker. Ze hebben bijna 100 miljard euro meer aan banktegoeden. In de loop van dit jaar zijn huishoudens iets van hun buffer in gaan zetten. Dit stut de economie, maar voorkomt de milde recessie niet. Dat meldt ING.



De hoeveelheid geld op bankrekeningen van Nederlandse huishoudens is sinds corona in totaal met bijna 100 miljard euro toegenomen. Stond er in oktober 2019 nog zo’n 460 miljard euro op de rekeningen, afgelopen oktober lag dat bedrag rond 560 miljard euro. Deze toename is het equivalent van ruim tien procent van het jaarlijkse bruto binnenlands product (bbp). Huishoudens zijn dus flink rijker geworden1, met een gemiddelde toename van hun banktegoeden met zo’n 12.500 euro. Maar ook in de jaren voor corona namen de banktegoeden toe. De ontwikkeling tijdens corona, de extra toename, was ongeveer 18 miljard euro, ruim twee procent van het bbp (zie grafiek).


Klik op de afbeelding om te vergroten.

Gezien de enorme bedragen ten opzichte van het bbp heeft dit geld in potentie een sterk effect op de conjunctuur. De vraag is dan of het geld ook wordt uitgegeven. We kijken eerst terug. De banktegoeden namen vooral sterk toe in 2020 en 2021, maar ook begin dit jaar was dat het geval. In de eerste maanden van dit jaar zat Nederland (gedeeltelijk) nog in lockdown. Vanaf april is er een flinke kentering te zien. De lockdownbeperkingen werden opgeheven en huishoudens hebben in die maand flink besteed. In mei werd er weliswaar geld bijgeschreven (het vakantiegeld komt in die maand binnen), maar duidelijk minder dan in andere jaren. Het beeld in het tweede kwartaal is dat huishoudens nog altijd spaarden, maar minder dan voorheen. Samen met het einde van de coronabeperkingen – die waarschijnlijk het grootste effect hadden - leidde dit tot een sterke toename van de consumptie. De economie ondervond mede daarvan een flinke impuls en veerde in een kwartaal met 2,4% op.

In het derde kwartaal werd iets minder ingelegd in de banktegoeden dan normaal. Voor het vierde kwartaal hebben we alleen de oktobermaand beschikbaar voor de banktegoeden. Deze lieten weer een toename van de banktegoeden zien, maar minder dan de normale (seizoens- en trendmatige) ontwikkeling in oktober. Toch stagneerde de consumptie door huishoudens in het derde kwartaal en lieten de detailhandelsverkopen in oktober een lichte daling (-0,8%) zien (voor de overige consumptie zijn nog geen cijfers beschikbaar). Sinds het derde kwartaal worden de financiële buffers dus wel ingezet, maar het is maar net (of in oktober net niet) voldoende om de gestegen prijzen te compenseren. Het is daarmee alsnog een stut voor de economie, maar er werd niet voldoende banktegoed ingezet om bbp-krimp te voorkomen.

Voor de vooruitzichten kijken we ook waar de banktegoeden terecht kwamen. We lieten eerder zien dat 70% daarvan zat bij de 50% huishoudens die al voor corona hogere banktegoeden hadden. Over het algemeen geldt: hoe meer vermogen een huishouden heeft, hoe meer geld het van het inkomen opzijzet. Dit zijn vaker huishoudens die de hogere energierekening kunnen opvangen door iets minder te sparen dan ze normaalgesproken doen. Zij bouwen dus minder nieuwe buffers op, maar teren naar verwachting nauwelijks in op de bestaande buffers. Wel zal een deel van deze groep het opgebouwde spaargeld aanspreken om hun eigen woning te isoleren of zonnepanelen aan te leggen. Dit is op zichzelf gunstig voor bijvoorbeeld de bouwmarkten en bouwbedrijven, maar het effect trad ook dit jaar al op, zodat de economie er niet door groeit, maar wel gestut wordt.

De lagere inkomens hebben soms ook wat extra financiële buffers opgebouwd, maar als dat al het geval is, gaat het om kleinere bedragen. We verwachten dat zij hun buffers sterker zullen aanspreken, simpelweg omdat ze vaak niet anders kunnen: de energierekening en duurdere voeding slokt een groter deel van hun inkomen op.

Een extra stut voor de conjunctuur kan komen van de ruim 3 miljard euro die het Rijk via de energierekening weggaf in november en december. Vooral lagere inkomens zullen dit geld uitgeven en dan vooral om de hogere prijzen te betalen. Per saldo daalt de consumptie minder dan anders het geval zou zijn. Meer vermogende huishoudens hebben het geld niet nodig en zetten ook dit op de bankrekening. De banktegoeden nemen hierdoor nog verder toe. Al met al verwachten we dat de toegenomen rijkdom de scherpe kanten van de recessie afhaalt, maar een milde recessie niet voorkomt.

Meer informatie:

Publicatiedatum: